Paragrafen

Financiering

Gemeentelijke treasuryfunctie en wettelijke kaders

1.1      De gemeentelijke treasuryfunctie – doelstelling en functies
De treasuryfunctie van de gemeente omvat alle activiteiten die voorzien in de financieringsbehoefte van de gemeente. De financieringsbehoefte ontstaat voornamelijk door investeringen, uitkeringen, subsidies, salarissen en facturen van derden. De gemeente moet altijd over voldoende geld beschikken om aan alle verplichtingen te kunnen voldoen, hiervoor trekt de gemeente kortlopende en langlopende geldleningen (vreemd vermogen) aan.

Het is belangrijk dat het aantrekken van zowel kortlopende als langlopende leningen tegen zo laag mogelijke (rente)lasten gebeurt. Een ander belangrijk aandachtsveld binnen de treasuryfunctie betreft het verstrekken van leningen en het verlenen van garanties (aan derden) door de gemeente bij de uitoefening van haar publieke taak. Daarnaast is de Treasury verantwoordelijk voor de bancaire infrastructuur (netwerk van huisbankier en overige banken) van het gemeentelijke betalingsverkeer.

Binnen de financiële functie van de gemeente is het van belang om onderscheid te maken tussen
treasury- en de controlfunctie. Treasury zorgt voor de beschikbaarheid van geldmiddelen; de
controlfunctie is belast met het toezicht en de bewaking van de aanwending ervan. Vanuit deze
rollen is de focus bij treasury gericht op feitelijke in- en uitgaande kasstromen, terwijl de
controlfunctie veelal redeneert in termen van baten en lasten. In deze paragraaf staan voornamelijk
de feitelijke kas- en financieringsstromen centraal.

1.2      Wettelijke kaders Treasury
De Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) geeft de wettelijke kaders voor de treasuryfunctie van decentrale overheden. Een belangrijk uitgangspunt van de wet is dat een gemeente prudent met publieke middelen omgaat. In de uitvoering van de tresasuryfunctie betekent dit dat renterisico’s worden beheerst. De wettelijke normen zijn de kasgeldlimiet, voor het beheersen van renterisico’s van leningen met een looptijd tot één jaar, en de renterisiconorm, voor het beheersen van renterisico’s van leningen met een looptijd van één jaar en langer (zie 7.).

Het kan voorkomen dat de gemeente in een bepaalde periode overtollige middelen heeft.  De gemeente kan haar overtollige middelen uitlenen aan medeoverheden of stallen bij de schatkist van het Rijk. Ook stelt de Wet fido eisen aan de kredietwaardigheid van tegenpartijen en de te gebruiken instrumenten. Artikel 212 van de Gemeentewet verplicht de gemeente de gemeentelijke regelgeving voor de financieringsfunctie vast te leggen. Dit heeft de gemeente gedaan in de vigerende Verordening financieel beheer en beleid die verder is uitgewerkt in het Treasurystatuut en het Uitvoeringsbesluit Treasurybeheer.

De gemeente heeft in 2023 aan alle financieringsnormen voldaan.

Deze pagina is gebouwd op 09/02/2024 14:26:02 met de export van 09/02/2024 14:17:44