Beleggingen en overtollige middelen
4.1 Gecontracteerde beleggingen
| (bedragen x € 1 mln.) |
---|---|
Beleggingen | Restant per ultimo 2023 |
Obligaties inclusief opgelopen rente | 72 |
Belegging Meewind | 61 |
Totaal | 133 |
Obligaties
Dit betreffen de obligaties in voormalig Fonds Uiver. De boekwaarde van de obligaties van circa € 72 mln. plus de opgelopen rente eind december 2023 van circa € 61 mln. komt uit op circa € 133 mln., terwijl de marktwaarde eind december 2023 circa € 135 mln. bedraagt. De komende 7 jaar zal de gemeente nog de jaarlijkse renteopbrengst ontvangen van totaal € 15 mln. In 2023 is één obligatie, groot 19,7 mln., contractueel vervallen.
Belegging Meewind
Meewind is een fonds waarmee particulieren, overheden en bedrijven participeren in duurzame energieprojecten. De gemeente Den Haag heeft vanaf 2009 een participatie in subfonds Zeewind met een boekwaarde van € 9,7 mln., dat is een groot windmolenpark op het Belgische gedeelte van de Noordzee. De marktwaarde van Meewind bedroeg op 31 december 2023 € 11,2 mln.
Voorziening belegging obligaties en belegging Meewind
De belegging bestaat uit gekochte obligaties van banken met een zeer goede tot goede kredietwaardigheid. In de portefeuille kan een risico ontstaan, wanneer gedurende de looptijd de kredietwaardigheid van een van de banken waarin is belegd, onder druk komt te staan of neerwaarts wordt bijgesteld. Mogelijk ontstaat daardoor het risico van koersverlies bij verkoop. Dit risico wordt door de beheerder van deze portefeuille (ASR Vermogensbeheer) als klein beschouwd. Daarom is er geen voorziening getroffen. De marktwaarde van de belegging Meewind per ultimo 2023 is hoger dan de boekwaarde. Hierdoor is op basis van de huidige inzichten geen risicovoorziening benodigd.
Overige uitzettingen
(bedragen x € 1 mln.) | |
Overige uitzettingen | Restant per ultimo 2023 |
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten | 0,2 |
Startersregeling Ik Bouw Betrouwbaar (IBB) | 1,7 |
Totaal | 1,9 |
Om een impuls te geven aan de Haagse woningmarkt heeft de gemeente Den Haag, van 1 maart 2014 tot 1 maart 2015, startersleningen verstrekt. Na afloop van de looptijd van de leningen wordt het uitstaande bedrag terugontvangen.
Om de zelfbouw voor lagere inkomens toegankelijk te maken is de gemeente Den Haag gestart met de Startersregeling Ik Bouw Betaalbaar (IBB), waarbij gebruik is gemaakt van een bestaande formule van de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (Svn).
In 2016 (RIS291200) is ingestemd met het beschikbaarstellen van maximaal € 1,95 mln. Aanvullend is in 2018 € 0,125 mln. en in 2023 € 1.586 mln. gestort in het fonds voor het verstrekken van leningen. Na afloop van de looptijd van de leningen wordt het uitstaande bedrag terugontvangen. De IbbStarterslening valt onder de Nationale Hypotheekgarantie (NHG), waardoor geen risicovoorziening getroffen hoeft te worden.
4.2 Korte liquiditeiten
Betalingsverkeer
Op 30 juni 2023 liep het contract voor de bancaire dienstverlening met de BNG Bank af. De BNG Bank heeft aangeboden om het contract met twee jaar te verlengen. De gemeente is hiermee akkoord gegaan. Hierdoor heeft de gemeente voldoende tijd om het gemeentelijke betaallandschap (betaalapplicaties, -data en -processen) te actualiseren, zodat een zorgvuldige aanbesteding van het betalingsverkeer kan plaatsvinden.
Liquiditeitspositie en schatkistbankieren
Ultimo 2023 heeft de gemeente een (tijdelijk) liquiditeitsoverschot van € 709 mln. (ultimo 2022: 482mln.). De uitgaven in 2023 bleven, net als in 2020-2022, structureel achter bij de geprognosticeerde uitgaven. Tegelijkertijd waren de inkomsten door voornamelijk extra (coronaherstel)bijdragen van het Rijk (in 2021 en 2022) hoger dan verwacht. Daarnaast heeft de oorlog in de Oekraïne (gestegen prijzen) geleid tot vertraging/uitstel van projecten. Verder zijn in 2023 subsidies van het Rijk ontvangen, waarbij de uitgaven pas na 2023 zullen plaatsvinden.
De gemeente heeft een lange termijn financieringsplanning en actualiseert deze periodiek. Hierbij wordt rekening gehouden met de verwachte ontwikkelingen in de inkomsten en uitgaven uit de exploitatie, investeringsuitgaven, inkomsten uit de beleggingsportefeuille en de rente- en aflossingen uit de leningenportefeuille. De lange termijn financieringsplanning geeft aan dat de gemeente eind 2026 weer een financieringsbehoefte heeft.
De gemeente is vanaf december 2013 gebonden aan de regels van het schatkistbankieren. Dat betekent dat overtollige middelen (verplicht) moeten worden aangehouden bij de Schatkist. Daarvoor heeft de gemeente een bankrekening bij het ministerie van Financiën. De gemeente behoudt uiteraard de beschikking over deze middelen bij de Schatkist. Vanaf het moment van binnenkomst van de Eneco-middelen (eind eerste kwartaal 2020) was van liquiditeitstekort geen sprake meer en moest de gemeente schatkistbankieren. De gemeente had geheel 2023 een liquiditeitsoverschot. Tot september 2022 ontving en betaalde de gemeente geen (negatieve) rente. Vanaf september 2022 wordt over het uitstaande saldo rente vergoed.
De gemeente heeft in 2023 gemiddeld circa € 621 mln. aan overtollige middelen aangehouden bij de Schatkist tegen 3,21%, variërend van circa € 410 mln. tot circa € 947 mln. Per 31 december 2023 is € 709 mln. uitgezet bij de Schatkist tegen een percentage van 3,88%. In 2023 is € 21,1 mln. aan rente ontvangen.
Rekening-courant
Deze kan dienen ter voorziening in een kortlopende financieringsbehoefte. De gemeente heeft met de BNG Bank (huisbankier) een overeenkomst afgesloten voor een rekening-courant faciliteit. De faciliteit bij de BNG Bank is € 100 mln. Voordeel van een rekening-courant krediet ten opzichte van een (kasgeld)lening is het maatwerk karakter: het kan worden opgenomen tot ieder gewenst niveau en voor elke gewenste periode. Rente wordt berekend op dagbasis en is slechts verschuldigd over het werkelijk opgenomen bedrag. Tegenover dit voordeel staat als nadeel dat rekeningcourantkrediet relatief duur is en dat over creditposities veelal een lage rente wordt vergoed. Het gebruik van deze financieringsvorm wordt door de gemeente om die redenen zoveel mogelijk beperkt en dient alleen om tussentijdse pieken (onverwachte ontvangsten) en dalen (onverwachte betalingen) op te vangen.
Rentetypische afloop (renteherzieningsdata) van financieringen en beleggingen
In de langlopende leningen- en beleggingsportefeuille zijn geen contractuele renteherzieningsdata opgenomen. Dit betekent dat gedurende de looptijd van deze langlopende leningen en beleggingen het rentepercentage niet wijzigt. Daardoor wordt de gemeente in de toekomst niet geconfronteerd met rentestijgingen of -dalingen in de huidige portefeuille.